Hans noemt zichzelf liever ‘Kunstenmaker’ in plaats van ‘Kunstenaar’, het maken van dingen, het ambacht is zeer belangrijk voor hem.
Hans wil de essentie van een object leren kennen door dit te ontleden, te ontmantelen, door alles uit elkaar te halen, te demonteren, elk onderdeel apart. Na een grondige kennis van elk detail, het vervaardigen van nieuwe onderdelen en opkuis worden deze stukken terug in elkaar gezet.
‘Recup’ is de rode draad doorheen grote delen van het oeuvre van Hans. Bij zijn installaties wordt een totaal nieuw object gecreëerd met allerlei gerecupereerd materiaal. Uiteindelijk draagt dit zijn eigen originele signatuur.
Humor is de rode draad doorheen al zijn creaties, zonder echter overladen te zijn. Steeds nauwgezet, zonder iemand te kwetsen.
Hans is authentiek en zijn oeuvre is steeds doordacht. Hans als cerebraal mens zal nooit zomaar uit de losse pols iets creëren. Steeds zit overpeinzing en diepgang aan de oorsprong.
Hans voelt de dingen aan, de evolutie van de zogenaamde vooruitgang. Hij stelt zich vragen. Wat is normaal? Hij noemt de hedendaagse wereld ‘De omgekeerde wereld’.
Hans is een integer kwetsbare mens die geen onrechtvaardigheid duldt.